Er was vandaag weer zo’n persmoment waar iedereen al wist wat er zou gebeuren: een vlag, drie banners met glanzende gradienten, en een stapel woorden die zoveel betekenen dat ze uiteindelijk niets betekenen. We kregen ‘transformatie’, ‘innovatieve ruggengraat’ en natuurlijk ‘veilig en inclusief’, uitgeserveerd met de plechtigheid van een staatsbanket en de inhoud van een rijstwafel. Cijfers dan? Natuurlijk. Ze zweefden voorbij als confetti: miljarden hier, besparingen daar, baten overal – en niemand die vroeg naar de onderliggende excel met echte getallen, want die ‘volgt later’.
De belofte in superlatieven
Het plan – pardon, het ‘visionaire kader’ – zou banen creëren, de economie vergroenen, startups laten bloeien en tegelijk de bureaucratie verkleinen. Kostenneutraal, vanzelfsprekend, dankzij ‘groei-effecten’. Op de achtergrond knipoogde een PowerPoint met pijltjes die alleen omhoog konden, alsof de zwaartekracht even beleidsmatig was afgeschaft. Een minister glimlachte zen: dit was de dag dat alles begon, wederom, zoals alle vorige keren dat alles begon.
Details? Morgen. Misschien.
Op vragen over uitvoering volgden de gebruikelijke reliëfs van uitstel: een taskforce (met ‘mandaat’), een pilot (met ‘learnings’), en een evaluatie (na de volgende verkiezingen). Benchmark? Best practices? Zeker, ergens in een internationale verkenning die nog niet openbaar is. Accountability werd herdoopt tot ‘adaptieve sturing’, wat ongeveer betekent: we zien wel, en als het misgaat was het juist het plan om flexibel te falen.
Buzzword-bingo als bestuursstijl
Synergie, ecosysteem, stakeholderdialoog, valorisatie, schaalbaarheid, en mijn favoriet: ‘agile governance’. Het perspakket bevatte een Q&A waarin geen enkele Q werd beantwoord, maar wel A’s stonden die eruitzagen als diplomatieke haiku’s. Burgers krijgen een portaal, natuurlijk. Met een QR-code. Voor ‘toegankelijke informatie’. En wie echt wil meedoen, kan zich aanmelden voor de wachtlijst van een publiek-private ‘living lab’ waarvoor nog partners worden gezocht.
De belofte van snelheid werd kracht bijgezet met een tijdlijn waarin elke mijlpaal ‘ambitieus’ heette en elke risicoanalyse ‘proactief gemitigeerd’. Met andere woorden: dit keer gaat het lukken omdat we harder zeggen dat het lukt. Ondertussen wordt elders alvast het lint gekocht, voor als er ergens een gebouw is dat op tijd klaar lijkt. Mocht het toch tegenvallen, dan citeert men achteraf de voetnoot waarin stond dat alles ‘onder voorbehoud’ was.
Misschien is de echte innovatie niet het plan, maar de presentatie: een machine die verwachtingen fabriceert sneller dan werkelijkheid kan bijbenen. We vertrekken dus met een volle tank hoop en een routekaart vol wolken. En als de mist optrekt, zien we hopelijk meer dan alleen het podium waar de woorden schitterden.


















