Advertisement

Slimme prullenbakken, domme prioriteiten

Er is opnieuw goed nieuws uit het gemeentehuis: we worden gered door een prullenbak. Niet zomaar een bak; een ‘slimme’ met sensoren, algoritmen en een schermpje dat knippert als een kerstboom met ambities. Voortaan is afval een kwestie van data, dashboards en KPI’s, en leert de stad wat een banaanschil op maandag denkt. Het kost een fractie van niets—mits ‘niets’ een cijfer met meer nullen is dan de bak zakken kan dragen.

De slimme prullenbak die niets begrijpt

De pitch: efficiëntie met LED-glans

De brochure belooft minder zwerfafval, geoptimaliseerde routes en een CO2-besparing die je spontaan plastic zou doen knuffelen. De LED-ring pulseert empathisch wanneer je iets weggooit: groen voor braaf, oranje voor twijfel, rood voor ‘had beter gemoeten’. In een kantoortuin kijkt een dashboard toe hoe een wijk met grafieken netjes wordt. De mens als variabele, de stoep als spreadsheet, de vuilniszak als datapunt—op weg naar de meetbare utopie, mits de wifi meewerkt.

De praktijk: regen en realiteit

Tot het regent. Dan leert de slimme bak het nederige vak van druipen, de vochtmeter denkt dat hij verdrinkt, en het scherm zegt vrolijk ‘update vereist’. De routeoptimalisatie stuurt de inzamelwagen drie keer langs dezelfde hoek, want een sensor rapporteert existentieel verdriet. Ondertussen meldt de app dat je buurt ‘afvalstress’ ervaart. De oplossing? Nog een firmwarepatch, nog een consultant, nog een pilot, dit keer ‘agile’, met stickers die duurzaamheid spellen.

De rekening die nooit hapert

Wat altijd wél werkt: de factuur. De prijs per bak verdwijnt achter termen als lifecycle en integrale ontzorging. Er is een trainingsmodule om de bak ‘bewust’ te leren luisteren naar blikjes, en een abonnement om hem te laten praten met de wolk. Diezelfde wolk die al barstensvol dashboards zit die niemand opent. Op de persfoto lacht een bestuurder naar een bak alsof het een Nobelprijs is, terwijl een straatveger zonder abonnement gewoon opruimt.

Misschien is het echte probleem niet het afval, maar onze dorst naar apparaten die het denken voorwenden. Een prullenbak die doet alsof hij je begrijpt, een stad die daardoor zogenaamd slimmer wordt. Geef ons een bezem, een schema dat werkt en een telefoon die zwijgt, en kijk wat er gebeurt: minder theater, meer schoon. Ironisch genoeg krijgt eenvoud zelden subsidie; ze past niet in een pitchdeck. Op straat wint ze, elke keer, stilletjes.